MacBook Pro - Problemen met de internetverbinding

background image

Problemen met de internetverbinding

Met behulp van de netwerkconfiguratie-assistent die op de MacBook Pro is
geïnstalleerd, kunt u de internetverbinding stapsgewijs configureren. Hiervoor opent u
Systeemvoorkeuren en klikt u op 'Netwerk'. Vervolgens klikt u op de knop 'Assistentie'
om de netwerkconfiguratie-assistent te openen.

Als zich problemen met de internetverbinding voordoen, kunt u de stappen in het
onderstaande gedeelte uitvoeren die van toepassing zijn op uw verbindingsmethode,
of Diagnostische netwerkinfo gebruiken.

Diagnostische netwerkinfo gebruiken

1

Kies Apple-menu () > 'Systeemvoorkeuren'.

2

Klik op 'Netwerk' en vervolgens op 'Assistentie'.

3

Klik op 'Diagnostische info' om Diagnostische netwerkinfo te openen.

4

Volg de instructies op het scherm.

background image

64

Hoofdstuk 4

Problemen oplossen

Als u het probleem niet met dit hulpprogramma kunt oplossen, is er mogelijk een
probleem met de internetaanbieder waarmee u verbinding probeert te maken, met
een extern apparaat dat u voor verbindingen met uw internetaanbieder gebruikt, of
met de server die u probeert te bereiken. U kunt de volgende stappen uitvoeren.

Internetverbindingen via een ADSL-modem, kabelmodem of LAN

U moet controleren of alle modemkabels goed vastzitten, inclusief het netsnoer,
de kabel van de modem naar de computer en de kabel van de modem naar de
telefoonaansluiting. Controleer ook of de kabels en de voedingen van Ethernet-hubs
en -routers goed zijn aangesloten.

Schakel de ADSL- of kabelmodem uit en schakel het apparaat vervolgens na een paar
minuten weer in. Sommige internetaanbieders bevelen aan om hierbij het netsnoer
van de modem uit het stopcontact te halen. Als de modem een resetknop heeft, kunt u
de modem hiermee vóór of na het uit- en inschakelen opnieuw instellen.

Belangrijk:

Instructies die betrekking hebben op modems zijn niet van toepassing

als u gebruikmaakt van een LAN. In tegenstelling tot gebruikers van een ADSL- of
kabelmodem beschikken gebruikers van een LAN in veel gevallen over hubs, switches,
routers en andere verbindingsapparatuur. LAN-gebruikers moeten contact opnemen
met hun netwerkbeheerder in plaats van met de internetaanbieder.

PPPoE-verbindingen

Als u geen verbinding met uw internetaanbieder kunt maken via PPPoE (Point to Point
Protocol over Ethernet), controleert u of u de juiste gegevens hebt opgegeven in het
paneel 'Netwerk' in Systeemvoorkeuren.

background image

65

Hoofdstuk 4

Problemen oplossen

De instellingen in het paneel 'Netwerk' controleren

1

Kies Apple-menu () > 'Systeemvoorkeuren'.

2

Klik op 'Netwerk'.

3

Klik op de knop met het plusteken onder de lijst met netwerkverbindingen en kies
'PPPoE' uit het venstermenu 'Interface'.

4

Kies een interface voor de PPPoE-voorziening uit het venstermenu 'Ethernet'. Kies
'Ethernet' als u verbinding wilt maken met een vast netwerk of kies 'Wi-Fi' als u
verbinding wilt maken met een draadloos netwerk.

5

Klik op 'Maak aan'.

6

Geef de informatie op die u van uw internetaanbieder hebt ontvangen, zoals de
accountnaam, het wachtwoord en de naam van de PPPoE-voorziening (indien
noodzakelijk).

7

Klik op 'Pas toe' om de instellingen te activeren.

background image

66

Hoofdstuk 4

Problemen oplossen

Netwerkverbindingen

Controleer of de Ethernet-kabel is aangesloten op de MacBook Pro en op de
netwerkaansluiting. Controleer ook of de kabels en de voedingen van de Ethernet-hubs
en -routers goed zijn aangesloten.

Als twee of meer computers gebruikmaken van dezelfde internetverbinding, moet u
controleren of het netwerk correct is geconfigureerd. Hiervoor moet u weten of uw
internetaanbieder één of meerdere (één voor elke computer) IP-adressen verstrekt.

Als u slechts één IP-adres hebt, moet u een router hebben die het delen van één IP-
adres door meerdere computers mogelijk maakt. Dit wordt wel NAT (Network Address
Translation) of "IP masquerading" genoemd. Lees voor informatie over de configuratie
de documentatie die bij de router is geleverd of neem contact op met degene die
het netwerk heeft geconfigureerd. Met een AirPort-basisstation kunt u één IP-adres
delen met meerdere computers. Raadpleeg Helpcentrum of ga naar de AirPort-
ondersteuningswebsite van Apple op www.apple.com/nl/support/airport voor meer
informatie over het gebruik van een AirPort-basisstation.

Als u het probleem met behulp van de bovengenoemde stappen niet kunt oplossen,
neemt u contact op met uw internetaanbieder of netwerkbeheerder.